Mariastichting

De Mariastichting was een bekend negentiende-eeuws ziekenhuis in Haarlem-Zuid. Na de fusie met het Diakonessenhuis in Heemstede in 2004 kwam een nieuw gebouw in Hoofddorp in gebruik en werd de oude Mariastichting gesloten. Daarmee kwam een bijzondere plek vrij tussen het Spaarne en de Haarlemmerhout. De Mariastichting trad op als opdrachtgever en formuleerde een opgave voor 385 woningen, 8.000 tot 10.000 vierkante meter kantoorruimte en een ondergrondse parkeergarage van 600 plaatsen. Daarbij diende in elk geval het monumentale negentiende-eeuwse hoofdgebouw aan de Kamperlaan behouden te blijven.

Schatkamer aan het Spaarne

Het plan ‘Schatkamer aan het Spaarne’ dat in samenwerking met Bouwfonds en FARO Architecten tot stand kwam, werd gekozen uit drie plannen die waren ingediend. Uitgangspunt voor het ontwerp was de unieke locatie met ligging aan het water, de nabijheid van de groene Haarlemmerhout en de historische binnenstad van Haarlem. Het plan benutte deze kwaliteiten en verankert de nieuwe wijk stevig in zijn omgeving. De geschiedenis is daarbij niet uitgewist. Enkele gezichtsbepalende gebouwen zoals een historische kapel en een aantal huizen langs de Kleine Houtweg, zijn behouden. Zo ook het hoofdgebouw aan de Kamperlaan waarin appartementen zijn gerealiseerd.

Om het gevraagde programma te kunnen realiseren was een hoge dichtheid van 150 woningen per hectare noodzakelijk. De realisatie van een ondergrondse parkeergarage maakte een parkachtige setting echter toch mogelijk. Een twaalf meter brede laan die het Spaarne met de Haarlemmerhout verbindt, vormt de hoofdas. Dwars hierop ligt de Kloosterhof, een langwerpige groene ruimte die in omvang vergelijkbaar is met de Grote Markt in Haarlem. De oude ziekenhuiskapel is hiervan het historisch middelpunt. Het ruimtelijk motief van de hof is ook in de rest van de wijk doorgevoerd. In analogie met het typische Haarlemse hofje zijn intimiteit en openbaarheid gecombineerd. Rond de Kloosterhof liggen vrijstaande paviljoens met appartementen.

Verbinding tussen stad en rivier

De gebouwen sluiten in hoogte aan bij het negentiende-eeuwse hoofdgebouw en hebben een materialisering van metselwerk, hout en glas. Aan de westkant van de Kloosterhof is de ziekenhuisflat uit 1971 vervangen door een slanke woontoren van twintig verdiepingen, een baken in de skyline van Haarlem. In een opvallende glazen erker die zich over de gehele hoogte van het gebouw uitstrekt, zijn wintertuinen opgenomen. Alle appartementen hebben een prachtig uitzicht over de stad en het Spaarne. In de noordwesthoek van het gebied, deels in nieuwbouw, deels in twee monumentale villa’s aan de Kleine Houtweg, zijn kantoren gerealiseerd. De zogenaamde Kloostertuin in de zuidwesthoek van het gebied, biedt plaats aan eengezinswoningen met tuinen en een speelplaats in een informele setting. Aan de oever van het Spaarne is de verbinding tussen stad en rivier opnieuw gelegd.

De vier appartementengebouwen aan het water hebben elk een eigen architectonische uitwerking, waarbij het veelvuldig gebruik van baksteen refereert aan de historische architectuur van Haarlem. De ruimte tussen de woonblokken biedt de wijk uitzicht op het water. Een wandelpromenade, een uitkijkpost en een steiger maken het mogelijk om optimaal van het Spaarne te genieten.

Enorme chirurgische ingreep

‘We wilden met dit ontwerp inspelen op de wens van staatssecretaris Remkes dat het goed wonen is in de stad,’ zegt Thijs Asselbergs. ‘Dat was de opgave. Het gaat hier om functiemenging met ruimtelijke en functionele differentiatie en een goede openbare ruimte. Veilig, chique, niet te duur en over 25 jaar nog steeds in goede staat. Het gaat om een terrein dat iets groter is dan twee hectare, dus de dichtheid wordt hoger dan bijvoorbeeld op Borneo-Sporenburg of het GWL-terrein in Amsterdam, waar je aantallen ziet tot tweehonderd woningen per hectare. Als je zoals hier compact gaat wonen, dicht bij de binnenstad en allerlei voorzieningen, dan moet je dat in een goede openbare ruimte doen. Dat betekent dat je goed moet letten op de indeling van de woningen. Tegelijk creëren we een intieme sfeer, waarin tuinen, bos en water een belangrijke rol spelen. Het is een enorme chirurgische ingreep in het hele gebied, bedoeld om een beschutte, introverte omgeving open te maken.’